Nederlandse Vereniging "LANGHAAR"

VERENIGINGSFOKREGLEMENT

ALGEMEEN

  1. Dit reglement voor de Nederlandse Vereniging “LANGHAAR”, hierna te noemen de vereniging beoogt bij te dragen aan de behartiging van de belangen van het ras Duitse Staande Langhaar zoals deze zijn verwoord in de statuten en het huishoudelijk reglement van de vereniging. Dit Verenigingsfokreglement (VFR) is goedgekeurd door de algemene ledenvergadering van de vereniging op 18 maart 2023. Inhoudelijke aanpassingen van het VFR kunnen uitsluitend plaatsvinden met instemming van de algemene ledenvergadering van de vereniging. 
  2. Dit Verenigingsfokreglement (VFR) geldt voor alle leden van de vereniging voor de Duitse staande “LANGHAAR”, woonachtig in Nederland.
  3. Het bestuur van de vereniging verplicht zich, de door de Algemene Vergadering van de Vereniging Raad van Beheer op Kynologisch Gebied in Nederland vastgestelde wijzigingen van het Kynologisch Reglement (KR), die betrekking hebben op dit Verenigingsfokreglement, terstond hierin door te voeren. In tegenstelling tot het gestelde in artikel 1 behoeven deze wijzigingen niet de goedkeuring van de algemene ledenvergadering van de vereniging. Dit ontslaat de individuele fokker niet van de plicht, zelf op de hoogte te zijn en te blijven van recente wijzigingen in het KR, ook als het bestuur van de vereniging hier in gebreke blijft. 
  1. Voor wat betreft de omschrijving van de in dit VFR genoemde definities gelden de omschrijvingen zoals vastgelegd in het Huishoudelijk Reglement en het Kynologisch Reglement van de Vereniging Raad van Beheer op Kynologisch Gebied in Nederland.
  2. Voor wat betreft de externe regelgeving gelden de regels zoals vastgelegd in het Huishoudelijk Reglement en het Kynologisch Reglement van de Vereniging Raad van Beheer op Kynologisch Gebied in Nederland.
  3. Inschrijving van een nest in de Nederlandse stamboekhouding (NHSB) door de Vereniging Raad van Beheer op Kynologisch Gebied in Nederland vindt plaats conform de regels zoals vastgelegd in het Kynologisch Reglement.

 

FOKREGELS (Artikel VIII.2 KR in samenhang met regels van de vereniging)  

  1. Een teef mag niet worden gedekt door haar grootvader, haar vader, haar broer, haar halfbroer, haar zoon of haar kleinzoon. 
    Pups, voortgekomen uit één van de genoemde combinaties, zullen niet in het NHSB worden ingeschreven (Artikel VIII.2 KR en Artikel III.14 lid 1l KR)  
  2. Herhaalcombinaties:  
    Dezelfde oudercombinatie is maximaal 2 maal toegestaan.
     
  3. Minimum leeftijd reu:  
    De minimale leeftijd van de reu op de dag van de dekking moet tenminste 24 maanden zijn.
  4. Aantal dekkingen: 
    De reu mag maximaal 2 geslaagde dekkingen per kalenderjaar verrichten met een totaal van maximum 8 geslaagde dekkingen gedurende zijn leven.  
    Als geslaagde dekking geldt een dekking waaruit minimaal één levende pup is voortgekomen en ingeschreven in het NHSB. 
    NB 1: In bijzondere omstandigheden zal een nest niet worden ingeschreven in het NHSB (artikel III.14 KR). Ook dan wordt uitgegaan van een geslaagde dekking. 
    NB 2: indien sperma wordt gebruikt van de reu voor kunstmatige inseminatie (KI), telt dit mee als een ‘dekking’. 
  5. Cryptorchide en monorchide: cryptorchide of monorchide reuen zijn uitgesloten van de fokkerij. 
  6. Gebruik buitenlandse dekreuen: 
    Wanneer een lid van de vereniging voor een dekking een niet in Nederlands eigendom zijnde reu, welke wel staat ingeschreven in een door de FCI erkende stamboekhouding, wil gebruiken dan dient deze bij voorkeur te voldoen aan de gezondheidseisen zoals deze door de vereniging gesteld worden. Daar nog niet elk land dezelfde regels en/of normen hanteert, dient de buitenlandse reu aan de volgende voorwaarden te voldoen:
    De reu moet zijn ingeschreven in een buitenlands stamboek van een FCI land, of een land dat door de FCI is erkend, conform het gestelde in artikel III.21 lid 2 KR; De uitslag van de in het betreffende land uitgevoerde gezondheidsonderzoeken en de kwaliteit van de onderzoeken moeten overeenkomen met de onderzoeken in dit VFR; De reu dient te voldoen aan de eisen in dit VFR.
  7. Kunstmatige inseminatie (sperma van levende en/of overleden dekreuen): als een fokker voor een dekking het sperma gebruikt van een nog in leven zijnde/of overleden dekreu, dan gelden voor deze dekking de regels van dit Verenigingsfokreglement alsof het een natuurlijke dekking van de dekreu betreft.


WELZIJNSREGELS (Artikel VIII.1 KR)

  1. Een teef mag niet worden gedekt vóór de dag waarop zij de leeftijd van 24 maanden heeft bereikt. 
  2. Een teef, waaruit niet eerder pups zijn geboren, mag niet worden gedekt na de dag waarop zij de leeftijd van 72 maanden heeft bereikt,  
  3. Een teef, waaruit eerder pups zijn geboren, mag niet meer worden  gedekt na de dag waarop zij de leeftijd van 96 maanden heeft bereikt. 
  4. Er is een mogelijkheid tot verruiming naar de leeftijd van 108 maanden mits een dierenartsverklaring kan worden overlegd waarin deze arts vaststelt dat de teef de dracht aankan 
  5. Een teef mag niet meer worden gedekt na de dag waarop haar derde nest is geboren. 
  6. Een teef mag niet worden gedekt als deze dekking tot gevolg heeft dat tussen de geboortes van twee opeenvolgende nesten van deze teef geen termijn van tenminste 12 maanden zit. 

 

GEZONDHEIDSREGELS

  1. Gezondheidsonderzoek (screening) ouderdieren:
    Preventieve screening van ouderdieren moet, als het gaat om door de Raad van Beheer opgestelde en/of goedgekeurde geprotocolleerde onderzoeken, plaatsvinden door deskundigen die erkend zijn door de Raad van Beheer conform de door de Raad van Beheer voor deze onderzoeken opgestelde en/of goedgekeurde onderzoeksprotocollen.
  2. Verplicht screeningsonderzoek:
    Op basis van wetenschappelijk onderzoek zijn de volgende gezondheidsproblemen binnen het ras vastgesteld en moeten de ouderdieren vóór de dekking worden onderzocht op:
    De erfelijke vorm van schildklierkanker (SKK), middels DNA onderzoek. 
    Daarnaast moeten in het kader van de preventie van erfelijke afwijkingen de ouderdieren vóór de dekking onderzocht worden op:
    Heupdysplasie (HD)ECVO (oogafwijkingen)
    Aanvullend screeningsonderzoek:
    In het kader van het voorkomen van ongewenste kleuren:
    E-Locus (kleurgen):
    Honden met het genotype ee zijn uitgesloten voor de fokkerij; honden met het genotype Ee mogen maximaal 2x ingezet worden voor de fokkerij in combinatie met een hond met genotype EE. Zo gaan de genen niet verloren maar beperken we de kans op te veel Ee honden in onze populatie.
  3. Aandoeningen:
    Met honden die lijden aan een of meer van onderstaande aandoeningen mag niet worden gefokt:
    Schildklierkanker (SKK):
    Honden met het genotype AA zijn uitgesloten voor de fokkerij; Honden met het genotype AR mogen alleen ingezet worden voor de fokkerij in combinatie met een hond met het genotype RR.
    Heupdysplasie (HD); Honden met een uitslag HD-D of HD-E zijn uitgesloten voor de fokkerij; honden met een uitslag HD-C mogen alleen ingezet worden voor de fokkerij in combinatie met een hond met de uitslag HD A. Dit is op basis van definitieve uitslagen.
    ECVO (oogafwijkingen); Honden met een uitslag hieronder vermeld zijn uitgesloten van de fokkerij:
    ECVO 8  IridoCorneale ; Hoek Abnormaliteit (ICAA) niet vrij + occlusio (“ernstig”)
    ECVO 11 Entropion/Trichiasis niet vrij (ook als het om die reden gecorrigeerde oogleden betreft)
    ECVO 12 Ectropion/Macroblepharon niet vrij (0ok als het om die reden gecorrigeerde oogleden betreft)
    ECVO 15: Cataract (niet-congenitaal) niet vrij + Posterior Polar (PP)
    ECVO 16: Lensluxatie (primair) niet vrij
    ECVO 17: Retina degeneratie (PRA) niet vrij
    Honden met enige ander vorm van afwijking dan hierboven beschreven mogen alleen in combinatie met een hond die op dat punt vrij is worden ingezet.
    Het ECVO onderzoek heeft een geldigheidsduur van 12 maanden, voor punt 8 InridoCorneale geldt dat deze eenmalig getest dient te worden mits de uitslag van deze test definitief is.
    Honden die 3 maal geheel vrij zijn getest hebben vrijstelling van de test.
    Overig: Honden die aan enige ziekte en/of afwijking lijden (of deze aantoonbaar vererven), welke niet specifiek in het VFR of het fokbeleid zijn genoemd en waarvan verondersteld kan worden dat deze een erfelijke component bevatten mogen niet worden ingezet voor de fokkerij.
  4. Diskwalificerende fouten:
    Met honden met één of meer van onderstaande diskwalificerende fouten volgens de rasstandaard mag niet worden gefokt:

    Agressief, overdreven verlegen en/of overmatig angstig
    Een van het type afwijkende hoofdvorm
    Gebrekkig beenderenstelsel, onvoldoende bone
    Onvoldoende bespiering of te gespannen bespiering
    Deze afwijkingen moeten geconstateerd zijn door een FCI erkende deskundige en er moet bezwaar of beroep mogelijk zijn.

 GEDRAGSREGELS

  1. Karaktereisen: beide ouderdieren moeten voldoen aan de karaktereisen zoals die in de rasstandaard zijn beschreven.

 WERKGESCHIKTHEID 

  1. Verplichte werkgeschiktheidstest: De ouderdieren moeten in het bezit zijn van een certificaat waaruit blijkt dat ze hebben voldaan aan een werkgeschiktheidstest die heeft plaatsgevonden bij voorkeur onder auspiciën van Nederlandse Vereniging “LANGHAAR”  en/of Orweja, hiervoor dient 1 van de volgende certificaten kunnen worden overlegd:

    Werkgeschiktsheidstest NVL,

    Standaard Jacht Proef B diploma,

    Kwalificatie apporteer veldwedstrijd, Kwalificatie open klasse najaar veldwedstrijd of enig vergelijkbaar buitenlandscertificaat.

 EXTERIEURREGELS

  1.  Kwalificatie: beide ouderdieren moeten minimaal 1 keer hebben deelgenomen aan een door de Raad van Beheer en/of FCI gereglementeerde expositie waar een CAC kan worden behaald. Eén van de ouderdieren dient daar minimaal de kwalificatie “zeer goed” op een expositie te hebben behaald. De ander moet minimaal een kwalificatie “goed” hebben.  
  2. Fokgeschiktheidskeuring: beide ouderdieren moeten minimaal 1 keer hebben deelgenomen aan een fokgeschiktheidskeuring georganiseerd door de rasvereniging en daar minimaal de kwalificatie voldoet hebben behaald door een door het FCI voor het ras bevoegd verklaarde keurmeester. Honden welke voldoen aan artikelpunt 7.1 voldoen daarmee aan artikel 7.2 voor wat betreft het exterieur maar dienen de schofthoogte te laten meten.

 REGELS AFGITE PUPS, WELZIJN PUPS

  1. Ontwormen en enten: de fokker draagt zorg voor het deugdelijk ontwormen en inenten van de pups volgens gangbare veterinaire inzichten en voor een volledig door de dierenarts ingevuld en ondertekend Paspoort voor Gezelschapsdieren. De pups dienen bij aflevering adequaat ontwormd te zijn en zij dienen voorzien te zijn van een unieke ID transponder.
  2. Aflevering pups: de pups mogen niet eerder worden afgeleverd dan op de leeftijd van 7 Tussen de eerste enting en de overdracht aan de nieuwe eigenaar moeten minimaal 7 dagen zitten.

SANCTIEBELEID: 

  1. Overtredingen van het VFR kunnen voorgelegd worden aan het Tuchtcollege van de Raad van Beheer.

SLOT- EN OVERGANGSBEPALINGEN 

  1. Dit reglement is niet van toepassing op nesten die geboren worden uit een teef gedekt op of voor de dag waarop dit reglement in werking treedt. 
  2. Gezondheidsuitslagen, exterieur-, gedrags- en/of werkkwalificaties die zijn afgegeven en/of voor de inwerkingtreding van dit reglement hebben plaatsgevonden, worden geacht onder de werking van dit reglement te zijn inbegrepen.

 INWERKINGTREDING

  1. Dit Verenigingsfokreglement treedt in werking op 1 juni 2023 nadat het reglement is goedgekeurd door het bestuur van de Raad van Beheer conform de artikelen 10 HR en VIII. 5+ 6 KR. 

 

Aldus vastgesteld door Algemene Ledenvergadering van de Nederlandse Vereniging “LANGHAAR” op 18 maart 2023.

 

De Voorzitter,                                                                        De Secretaris, 

 

 L. Verheugt                                                                          A.P.A. Vankan-Lankhuizen 

Word nu lid van de nederlandse vereniging langhaar

Ik word lid!